‘Ik verwacht dat mensen door corona blijvend meer begrip voor elkaar zullen kunnen opbrengen’

Interview met Staatssecretaris Paul Blokhuis

18 juni 2020
 

Paul Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

door Hedda van ’t Land en Vittorio Busato

Ook Paul Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in kabinet-Rutte III, noemt corona een ‘shit-tijd’. Een paar maanden terug, tijdens zijn bezoek aan de fototentoonstelling ‘What’s wrong with me – Gezichten achter de DSM’ bij de RINO Groep in Utrecht, zagen we elkaar face to face. Toen spraken we af nog eens door te praten over het belang van de inzet van ervaringsdeskundigheid in ggz-opleidingen en de stigmatisering van psychische aandoeningen. Noodgedwongen doen we dat nu online, via Webex. Maar het zou natuurlijk van wereldvreemdheid getuigen als de pandemie, die maakt dat zo goed als iedereen zijn of haar leven moet reorganiseren, niet ook ter sprake komt.

Brugfunctie

Na de soms onvermijdelijke technische opstartproblemen met deze moderne vergader-apps benadrukt Blokhuis direct dat een structurele bijdrage van ervaringsdeskundigheid in ggz-opleidingen wat hem betreft van onomstreden meerwaarde is. ‘Op werkbezoeken bij ggz-aanbieders spreek ik naast cliënten, behandelaars en professionals vrijwel altijd met ervaringsdeskundigen. Het is steevast hartverwarmend om te zien hoe zij zowel betrokken zijn bij de aanbodkant als bij de vraagkant van hulp. Ervaringsdeskundigen vervullen een heel belangrijke brugfunctie daartussen.’

'Door andere mensen te helpen en hun kansen in de maatschappij weer te verhogen, dragen ervaringsdeskundigen constructief bij aan de samenleving. Daar heb ik zeer veel waardering voor.’

Paul Blokhuis

Inzet van ervaringsdeskundigheid is goed voor drie partijen, vervolgt Blokhuis. ‘Allereerst natuurlijk voor de cliënten. Die voelen zich gehoord door iemand met verstand van zaken én ervaring. Als jij als cliënt met iemand spreekt die iets vergelijkbaars heeft doorgemaakt, schept dat direct een vertrouwensband.’
Ook de ervaringsdeskundige zelf is daar gebaat bij. ‘De ervaringsdeskundige zet de ellende die hij of zij heeft meegemaakt om in iets positiefs. Door andere mensen te helpen en hun kansen in de maatschappij weer te verhogen, dragen ervaringsdeskundigen constructief bij aan de samenleving. Daar heb ik zeer veel waardering voor.’
Daarnaast profiteren ook professionele hulpverleners van hun kennis en kunde, stelt Blokhuis. ‘Overigens worden ervaringsdeskundigen steeds meer zelf opgeleid tot professioneel hulpverlener. Een prima ontwikkeling!’

Of het belang van ervaringsdeskundigheid in onderwijs zal toenemen als de coronacrisis voorbij is, vindt Blokhuis lastig nu al in te schatten. ‘We zitten nog midden in alle ellende. Corona heeft een impact waarvan we het begin nog niet eens vermoeden.’
Sowieso is de verwachting dat de hulpvraag van ggz-cliënten ten gevolge van corona zal toenemen. ‘Dat is geen kwestie van hogere wiskunde, daar zullen we gewoon ernstig rekening mee moeten houden’, stelt Blokhuis. ‘Het is goed mogelijk dat de ervaringsdeskundigheid die nu ontstaat door de coronacrisis nog jarenlang van groot belang zal zijn.’
 

Wachtlijsten

Niettemin zijn wachtlijsten in de ggz flink afgenomen. Ook het aantal suïcides ligt een stuk lager dan verwacht.
De verklaring voor de afname van de wachtlijsten is redelijk simpel, meent Blokhuis. ‘In deze coronatijd hebben mensen sowieso veel minder contact gezocht met wie dan ook. Wie nu nieuwe mentale en psychische klachten en stoornissen ontwikkelt, was voor de uitbraak van corona vermoedelijk veel makkelijker naar de huisarts gestapt. Mensen met somatische klachten zijn eveneens veel minder naar de dokter gegaan.’

Uit gegevens van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) bleek aanvankelijk dat voor ggz-gerelateerde vragen er 55.000 mensen minder de eerste lijn hebben gevonden dan gebruikelijk, weet Blokhuis. ‘De cijfers van de Inspectie laten inmiddels ook zien dat meer mensen zich weer melden bij de huisarts, zowel voor somatische als psychische klachten. Maar we zitten nog lang niet op het ‘normale’ peil.’
En dat betreurt Blokhuis. ‘Op social media heb ik diverse malen opgeroepen naar de huisarts te gaan als je psychische klachten hebt. Zeker in de basis-ggz zijn de wachtlijsten overzichtelijk en kun je snel worden geholpen. Is het niet face to face, dan wel via beeldbellen.’

'Wat eveneens kan meespelen, is dat corona mensen egaliseert. Iedereen wordt immers geconfronteerd met de impact ervan, moet zijn of haar leven weer opnieuw vormgeven. Dat maakt ons gelijker.'

Paul Blokhuis

Maar het valt niet te ontkennen dat zowel huisartsen als cliënten zich hebben laten leiden door angst. ‘Heel begrijpelijk’, zegt Blokhuis. ‘Maar elk nadeel heeft zijn voordeel. Doordat de instroom richting de ggz minder was, hebben instellingen die voor een groot deel hebben doorgewerkt, hun wachtlijsten kunnen doen slinken. Alle lof daarvoor.’

Wat eveneens kan meespelen, is dat corona mensen egaliseert. Iedereen wordt immers geconfronteerd met de impact ervan, moet zijn of haar leven weer opnieuw vormgeven. Dat maakt ons gelijker. Wie bijvoorbeeld last heeft van dwangmatig handen wassen, wordt nu niet meer raar aangekeken – goed en regelmatig je handen wassen is immers een van de basisgedragsregels om de verspreiding van het coronavirus in te dammen.

Blokhuis: ‘Stereotypen lijken door deze pandemie wat te vervagen. Een beetje oneerbiedig gezegd, maar we hebben allemaal meer lotgenoten gekregen. Er zijn veel mensen die weliswaar niet depressief zijn maar wel somber en die aangeven gek te worden van die corona. Zij zullen niet naar de ggz gaan, maar het hebben van psychische klachten gepaard met corona wordt wel normaler gevonden. Daarmee zeg ik niet dat het goed is dat de instroom naar de ggz afneemt, want natuurlijk hebben mensen hulp nodig.’

Dat het aantal suïcides – gelukkig – minder is dan verwacht, vindt Blokhuis lastiger te verklaren. ‘Je zou ook kunnen denken dat voor mensen die suïcidaal zijn corona het laatste duwtje de verkeerde kant op is. Ik heb goed contact met onder meer 113 Zelfmoordpreventie. Daar zeggen ze op basis van ervaring dat het aantal suïcides zeker aan het begin van een crisis doorgaans niet toeneemt.’
Maar de algemene verwachting is wel dat er nog een golf kan komen. ‘We zullen ons hoe dan ook schrap moeten zetten op een toename van het aantal suïcides naarmate de coronacrisis langer duurt’, benadrukt Blokhuis. ‘Daarom hebben we extra geld vanuit VWS beschikbaar gesteld voor 113 en andere hulplijnen. We zullen zorgen dat iedereen die belt of chat en blijk geeft van suïcidale neigingen, deze hulplijnen kan bereiken.’
 

Stigma

Middels publieke campagnes als ‘Hey, het is oké …’ maakt Blokhuis zich al jaren hard voor het de-stigmatiseren van psychische aandoeningen. De campagnes worden als positief ervaren, zo wijst effectonderzoek uit (zie kader). Blokhuis is met name enthousiast dat de gepercipieerde stigmatisering van mensen afneemt. ‘Dat blijkt niet alleen uit het effectonderzoek. Maar ik krijg geregeld één-op-één te horen dat mensen merken dat ze als normaler worden gezien. Dat is een heel belangrijke winst. Daarnaast zijn meer mensen ggz-gerelateerde klachten beter bespreekbaar en normaler gaan vinden. Dat is nog niet op het gewenste niveau, maar als maatschappij gaan we de goede kant op.’

Plan is om alle ggz-gerelateerde aandoeningen middels vergelijkbare campagnes te gaan belichten. ‘Alle Nederlanders hebben talenten, maar iedereen heeft ook beperkingen die zich kunnen manifesteren in psychische klachten. Dat moet gewoon bespreekbaar zijn.’
Bang dat daardoor wachtlijsten groter zullen worden, is Blokhuis niet. ‘Het zou ook een foute drijfveer zijn om de ‘Hey, het is oké’-campagnes om die reden te stoppen. We moeten in Nederland naar een cultuur dat als je je mentaal niet in orde voelt, je hulp zoekt.’

Evenmin is Blokhuis bang dat er voor psychiaters, psychologen en verpleegkundigen minder werk zal zijn. ‘Niet iedereen met psychische klachten heeft per se behoefte aan professionele hulp, en zeker niet langdurig. In de geest van de Belgische psychiater Dirk de Wachter (zie ook dit  interview) wil ik zeker ook benadrukken dat we met elkaar, met naasten, met vrienden, het gesprek moeten aangaan over onze kwetsbaarheden. En soms zullen we onder ogen moeten zien dat behandeling van een pervasieve stoornis niet altijd tot een verdere verbetering zal leiden. Maar met stut- en steunmaatregelen zoals het regelen van werk kunnen we wel zorgen dat iemand optimaal kan functioneren en gelukkig kan zijn met zijn of haar handicap.’
 

‘Velen ervaren door corona mentaal leed dat ze eerder niet hadden. Alleen al daardoor kunnen mensen zich beter voorstellen hoe het is als je ergens psychisch onder lijdt'.'

Paul Blokhuis

Of mensen door corona makkelijker zullen gaan praten over psychische aandoeningen met als bijeffect dat ook stigma’s zullen afnemen, is eveneens nog lastig in te schatten. Wel denkt Blokhuis dat empathie in het algemeen voor mensen met psychische klachten zal toenemen. ‘Velen ervaren door corona mentaal leed dat ze eerder niet hadden. Alleen al daardoor kunnen mensen zich beter voorstellen hoe het is als je ergens psychisch onder lijdt. Daarom verwacht ik dat mensen blijvend meer begrip voor elkaar zullen kunnen opbrengen.’

En laat duidelijk zijn dat Blokhuis corona vooral shit vindt. ‘Maar het levert hier en daar ook een mooie bijvangst op die gekoesterd mag worden. We kijken meer naar elkaar om, hebben meer begrip voor elkaars somberheid bijvoorbeeld. En ik zie in de zorg in één weekend samenwerkingsverbanden ontstaan waarover al drie jaar wordt gepraat. Dat moet niet weer vervluchtigen als de coronacrisis voorbij is.’

Zelf toont Blokhuis zich enthousiast over de toename van virtual reality- en mental e-health-toepassingen in de ggz. ‘Ik heb kennisgenomen van het NRC-onderzoek dat slechts één procent van de psychiaters verder wil met beeldbellen. Maar op basis van werkbezoeken aan ggz-aanbieders die al met beeldbellen bezig waren voor de corona-uitbraak, weet ik dat er veel patiënten zijn die daarvoor open staan. Natuurlijk willen zij hun behandelaren ook graag lijfelijk zien. Maar beeldbellen heeft onmiskenbaar voordelen, zoals het snel maken van afspraken, kortere sessies en een intensieve gedachtenuitwisseling. Eén mevrouw zei letterlijk tegen me dat ze het weliswaar fijn vond in de stoel tegenover de psychiater te zitten, maar dat ze thuis achter haar beeldscherm vaak meer durfde te zeggen.’
Blended care – de combinatie van fysiek en online contact tijdens een behandeling – heeft dan ook de toekomst, denkt Blokhuis. ‘Beeldbellen en virtuele behandelingen kunnen naast face-to-face-contact beslist bijdragen aan de behandeling van psychische aandoeningen. Daarmee zeg ik absoluut niet dat dit cliënten moet worden opgelegd. Uitgangspunt moet altijd de gezamenlijke besluitvorming van cliënt en behandelaar zijn.’
 

Over de auteurs

Dr. Hedda van ’t Land is psycholoog en bestuurder bij de RINO Groep in Utrecht. Dr. Vittorio Busato is psycholoog, auteur en journalist (www.vittoriobusato.nl).
 

’Hey, het is oké’

Om het taboe en stigma rond depressie te doorbreken werd de publiekscampagne ontwikkeld. Die campagne is de afgelopen jaren (2016-2018) gevoerd. Vanwege de comorbiditeit met depressie is de campagne in 2019 verbreed met het bespreekbaar maken van angst- en paniekstoornissen. De volgende stap zal de doorontwikkeling zijn tot een overkoepelende campagne voor de-stigmatisering van psychische klachten in zo breed mogelijke zin. Die moet vanaf 2021 te zien zijn.

De effecten van deze publiekscampagnes zijn periodiek gemeten door onafhankelijke onderzoeksbureaus. Een belangrijk resultaat tot dusver is dat praten over psychische aandoeningen als heel belangrijk wordt gezien. Zo weten zes op de tien mensen dat veel Nederlanders last hebben van angst- en paniekklachten. Acht op de tien vinden het belangrijk om hierover te praten als zij hiervan zelf last zouden hebben, of als dit een van hun naasten betreft. Zeven op de tien mensen denken in staat te zijn om met een naaste te praten als zij zelf last zouden hebben van angst- en paniekklachten.

Een ander opvallend resultaat is dat de stigmatisering is afgenomen. Onder mensen met een psychische aandoening is tijdens de campagne een afname te zien in hun gepercipieerde stigmatisering (met de kanttekening dat effecten van gepercipieerde stigmatisering middels een televisiecampagne lastig meetbaar zijn). Na de campagne denken mensen onder meer minder vaak dat zij door hun psychische aandoening niet voor zichzelf kunnen zorgen, dat zij gevaarlijk zijn of zomaar hun geduld kunnen verliezen, dat er niemand naast hen wil wonen, of dat andere mensen hen raar vinden.