Parallelsessies congres: Stressvol ouderschap van zeer jonge kinderen

Ronde 1 parallelsessies: 13.15 - 14.30 uur

Spreker: Aicha el Ouardani, trainer en adviseur huiselijk geweld, pedagoog, Doen!

In de communicatie tussen professionals en gezinnen uit een andere cultuur kunnen misverstanden ontstaan wanneer er (grote) verschillen zijn in taalvaardigheid, culturele achtergrond en maatschappelijke positie. Hierbij komen de volgende vragen bij kijken:
Wat vinden ouders in verschillende culturen belangrijk om hun kind(eren) mee te geven in de opvoeding? Welke verschillen zijn er en welke factoren verklaren deze verschillen? Is de ene manier van opvoeden beter dan de andere? Verschilt de belevingswereld van de ouders sterk van die van de kinderen? Hoe is de onderlinge communicatie? Zijn de ouders in staat de opgroeiende kinderen goed te volgen?
 
Begrip en een cultuursensitieve benadering van uiteenlopende opvoedingsstijlen, zoals de interculturele pedagogiek bepleit, helpen om een dialoog tot stand te brengen en de problemen waarmee alle ouders worstelen bespreekbaar te maken. Tijdens de workshop gaan we hierop in.

Doel van de workshop:

  • Deelnemers zijn opmerkzaam voor andere waarden, normen, gebruiken, rolpatronen en taboes.
  • Deelnemers vergroten hun kennis over de opvoeding in gezinnen met een andere culturele achtergrond.
  • Deelnemers worden zich meer bewust van de verschillen en de overeenkomsten tussen de westerse en niet westerse cultuur.

Spreker: Lidewei Chavannes, klinisch psycholoog en psychotherapeut bij Kind en Jeugdcentrum Leiden

Ouder(s) worden: verwachtingen, invloed op partnerrelatie en veranderende rollen. Hoe ga je als professional om met aanstaande ouder(s) en hun gezinsbeeld?

Ouderschap is voor de meeste mensen de meest ingrijpende levensfase die ze meemaken in hun leven. Tegelijkertijd blijkt de kwaliteit van de relatie tussen de ouders en het jonge kind van essentieel belang voor de ontwikkeling van het kind en daarmee ook van het ouderschap. Professioneel gezien is het onontbeerlijk en boeiend en bij deze levensverandering stil te staan en de kennis erover te verdiepen om zo de (aanstaande) ouder beter te begrijpen en bij te staan.

Spreker: Monique Flierman, hoofd ToP opleiding, wetenschappelijk docent, praktijkeigenaar Kinderfysiotherapie Flierman

Inzicht geven in de impact die een vroege geboorte heeft op de ouders. Inzicht geven in hoe vanuit de ToP interventie ondersteuning wordt geboden aan het ontwikkelen van de responsieve relatie tussen ouder en kind. De workshop geeft antwoord op vragen als: Wat zijn mogelijke gevolgen voor de kinderen en de ouders na een vroeggeboorte? Waarom is vroege interventie nodig na een vroeggeboorte? Hoe werkt het ToP programma (een vroege preventieve interventie)? Door Mw. Drs. M. Flierman, hoofd ToP opleiding/Stafadviseur Expertisecentrum Ontwikkelingsondersteuning Prematuren en kinderfysiotherapeut/pedagoog.

Spreker: Mieke van Andel, jeugdarts GGD regio Utrecht

Een kind ontwikkelt zich op de gebieden spraak, grove en fijne motoriek, sociale vaardigheden en leervermogen. Ouders hebben vaak als eerste het gevoel dat er iets niet klopt, als hun kind (ernstige) lichamelijke klachten heeft en/of achterloopt in zijn ontwikkeling. Soms zijn deze klachten en of achterstand bij de geboorte al aanwezig, soms treden ze pas op op latere leeftijd van het kind. Een aanvankelijk normale ontwikkeling van een kind kan stagneren of teruglopen. Een ouder die zich, vaak gedurende langere tijd, zorgen maakt over zijn kind is een goede indicatie dat er wat aan de hand is.

Hoe signaleer je ontwikkelingsvoortgang en wanneer is achterstand zorgelijk? Naar wie verwijs je door en met welke hulpverlener blijf je samenwerken na de gediagnostiseerde ontwikkelingsachterstand?

Ronde 2 parallelsessies: 15.00 - 16.15 uur

Spreker: Flora van Grinsven, GZ-psycholoog, IMH specialist, Kinder-en jeugdtraumacentrum, onderdeel van Kenter Jeugdhulp

Kinderen hebben altijd last van spanningen en stress en jonge kinderen nog veel meer dan oudere kinderen. In de workshop wordt ingegaan op de kennis die hierover is en de mogelijkheden die er zijn om gezinnen hierbij te helpen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de methodiek van “Kinderen uit de knel” (Lawick en Visser, 2016).  Kinderen tot vier jaar kunnen niet deelnemen aan deze groepstherapievorm maar er zijn inmiddels wel ervaringen opgedaan met het toepassen van elementen van deze methodiek die behulpzaam zijn bij het tegengaan van de destructieve patronen en het verminderen van de stress. In de workshop zal kort ingegaan worden op de kernelementen van deze methodiek. De workshop is interactief van aard, het is de bedoeling om kennis te delen die er is over dit complexe onderwerp.

Spreker: Nies Jolande Schoonenberg, vertrouwensarts, voorzitter Vereniging Vertrouwensartsen Kindermishandeling-Huiselijk geweld

Emotionele verwaarlozing is de meest voorkomende vorm van kindermishandeling: baby’s die de hele dag in hun wiegje liggen, peuters waarmee nooit wordt gespeeld of geknuffeld, kleuters die niet worden getroost, nieuwsgierige vragen van kleuters die niet worden beantwoord. Dat doet wat kinderen, hoe jong ze ook zijn: baby’s die zich niet laten troosten en met een angstige, waakzame blik de wereld in kijken, alsof overal gevaar dreigt. Peuters die stilletjes in een hoekje zitten en nergens op reageren.

Hechting is een proces van interactie tussen een kind en een of meer van zijn opvoeders, doorgaans de ouders, dat leidt tot een duurzame affectieve relatie. Hechting vindt plaats in de eerste levensjaren van het kind. Het is een elementair onderdeel van de ontwikkeling van een kind en medebepalend voor een gezonde identiteitsvorming. Normaliter hebben kinderen een veilige gehechtheid met hun opvoeders. Maar er zijn gezinnen waarin de hechting wordt verstoord en dat resulteert in onveilige gehechtheid.

Hoe zie je de verschillende soorten van onveilige gehechtheid bij zeer jonge kinderen? En wat is nog herstelbaar in behandeling?

Sprekers: Francien Dekker-van der Sande (klinisch psycholoog Bartiméus) en Judith Verwey-Lakerveld (orthopedagoog Bartiméus)

Bij kinderen met een ontwikkelingsstoornis, autisme, een visuele-en-verstandelijke beperking is de kans dat het kind onveilig gehecht is vergroot. Een verklaring hiervoor is dat bij deze kinderen signalen van gehechtheidsgedrag moeilijker leesbaar zijn en dat het ouderschap door verschillende factoren veel meer onder druk staat. Risicofactoren op het niveau van het zeer jonge kind kunnen worden gecompenseerd door beschermende factoren op het niveau van ouder(s) en gezin. Daarom is het zo belangrijk de ouder te ondersteunen in het mentaliseren, waardoor de ouder sensitief is voor wat dit kind met deze beperking nodig heeft en daar adequaat op reageert. Er zijn twee methodieken ontwikkeld speciaal om ouders met een kind met een visuele beperking en/of een   ontwikkelingsachterstand te begeleiden, nl. de handreiking Mentaliseren Bevorderende Begeleiding  en de VIPP-V. Beide methodieken zullen met voorbeelden worden toegelicht.

Spreker: Lia Jak (vertrouwensarts Veilig Thuis en arts M&G) en Rieneke de Groot (orthopedagoog Veilig Thuis)

Aan de hand van een casus worden de diverse aspecten, perspectieven en handelingsmogelijkheden bij een vermoeden van kindermishandeling in multiproblem gezinnen belicht. Hoe krijg ik zicht op de problematiek? Wat kan ik zelf doen? Hoe werk ik samen met als doel de veiligheid op korte én lange termijn te borgen? Wat is de rol en taakstelling van de diverse instanties hierin?

Panel

Spreekuur houdende professionals aan de hand van casuïstiek met:

  • Mieke van Andel: Mieke is sinds 1984 arts en werkt als consultatiebureauarts. Daarnaast heeft zij een eigen praktijk in de holistische geneeskunde, waarbij zij de relatie legt tussen lichaam en geest en op zoek gaat naar de oorzaak van de klachten. Ze vindt het belangrijk om het zelfgenezend vermogen van de mens te activeren. Daarnaast wil zij graag een brug slaan tussen de reguliere en complementaire geneeskunde. Tevens heeft zij de PABO gedaan.
  • Phineke Tielenius Kruythoff: Phineke is Infant Mental Health specialist en VoorZorgverpleegkundige, met een achtergrond in de Klinische Ontwikkelingspsychologie. Ze is ruim 12 jaar werkzaam bij de GGD Amsterdam, waar zij heeft gewerkt bij de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) en de Inspectie Kinderopvang. Momenteel werkt ze acht jaar bij het programma VoorZorg, onderdeel van de JGZ. VoorZorg is een preventief programma voor jonge kwetsbare gezinnen, dat ondersteuning biedt in zwangerschap en opvoeding bij het eerste kind. Daarnaast werkt ze inhoudelijk mee aan het schrijven van een vervolg programma VoorZorg-Verder, waarvan de pilot nu loopt. Sinds vorig jaar verzorgt ze, oa. In samenwerking met RINO groep en Babykennis, vanuit haar eigen onderneming Infant IJburg, trainingen, scholingen, workshops en lezingen voor, met name, professionals.
  • Flora van Grinsven, GZ-psycholoog, IMH specialist, Kinder-en jeugdtraumacentrum, onderdeel van Kenter Jeugdhulp