De praktijkopleidingsinstelling faciliteert de deelnemer in tijd en voorwaarden voor het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek. Tijdens de GZ-opleiding wordt in samenspraak met de praktijkopleidingsinstelling en de hoofdopleider GZ en specialisme bekeken hoe zo en optimaal mogelijk tijd kan worden vrijgemaakt voor wetenschappelijk onderzoek. Zo kan er bijvoorbeeld, in samenspraak tussen de hoogleraar en de praktijkopleidingsinstelling, gezocht worden naar mogelijkheden voor extra ondersteuning bij het onderzoek, bijvoorbeeld door stagiaires of student onderzoekers. Met de hoofdopleider GZ kan worden besproken in hoeverre de 10% uren ‘overige taken’ binnen het Topklastraject kunnen worden ingezet. Ook kan aan mogelijke vrijstelling of accentverschuiving binnen het praktijkopleidingsdeel worden gedacht op basis van verworven competenties.